De boom des levens

De boom des levens

19 juli 2020 Geen categorie 0

Woensdag 15 juli. Voorzichtig stuur ik met mijn broers en zussen de kist over het knerpende grint. In de verte zien we de mensen. Ze zijn gaan staan om ons te ontvangen. Voor de kist lopen mijn dochter en haar man. Terwijl hij langzaam op de trom slaat, zingt zij ‘Blijf bij mij Heer’. Breekbaar klinkt het geluid tussen de bomen.

Mijn moeder van 98 is overleden. We houden de ceremonie in de open lucht; ze was een buitenmens. In de binnenzak van mijn colbert zit nog haar verfomfaaide beduimelde briefje met haar hanenpoten: ‘Aan mijn kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen. Halleluja! Te zingen mocht ik toch eerder gaan als jullie naar omhoog!!!!’. Vier dikke uitroeptekens. Veel woorden wilde ze er niet aan vuil maken want ze hoopte op de wederkomst van Jezus op de wolken. Mijn moeder was vrijheidslievend, expressief en ‘kakrechtuit’ zoals we dat in ons gezin noemden. Toen de Corona maatregelen in het verzorgingstehuis, waar ze nog maar net verbleef, werden afgekondigd, eiste ze direct de directeur te spreken. Als hij haar niet meteen vrijliet, zou ze de politie bellen wegens opsluiting. Tenenkrommend trots was ik op haar.

De uitvaartleider heeft een uitstekende geluidsinstallatie geregeld. Terwijl we mijn moeder onder de boom plaatsen, schalt haar geliefde ‘Lichtstad met uw paarlen poorten’ over de begraafplaats. ‘Waar de boom des levens bloeit..’ De hele week al zoemen de liederen uit de bundels van Johan de Heer, Glorieklokken en de Opwekkingsbundel door mijn hoofd. Ik zing ze nog zo. Krachtige sentimenten, te vangen in 3 tot 5 akkoorden. Gitaarles was nauwelijks nodig. Bij kampvuren en in kinderkampen leerden we het blije geloof van de Amerikaanse evangelisten dat de grote transformatie in het leven van mijn moeder bracht. Bij haar vurige karakter paste het vuur van de pinksterbeweging.

We vertellen verhalen over deze kleurrijke vrouw in ons leven. Moeder Aaltje hield van verhalen. Ze was een vrouw met een onvoorwaardelijk moederhart en een normerend geloofshart ineen. Die twee harten leverden strijd met elkaar. Er zit trots en pijn in onze verhalen. Het geloof bleek soms ook ideologie te zijn. De bevrijdende waarheid voor mijn moeder bleek een benauwende voor mij. Het thema van insluiten en uitsluiten werd belangrijk voor me. In elke uitvaart stuit je weer op diepere verhaallagen en meerdere perspectieven. Als je die niet aandurft, ben je als ritueelbegeleider niet veel waard. Juist rituelen raken dat onbenoembare en complexe van het leven. Toch is het anders als het je eigen moeder betreft.

We kijken naar de ‘boom des levens’ waaronder we haar kist hebben gezet. Het zonlicht valt er prachtig doorheen. Van de winter was hij nog kaal en elk jaar loopt hij weer uit, barstensvol met leven. Alle blaadjes die er af vielen werden compost, voeding die door de boom werd opgenomen in een nieuw leven. De natuur leert ons iets moois. Elk afscheid is weer het begin van een nieuwe verbinding. Nieuw leven groeit als het ware op het oude. Kunnen we zo ook kijken naar het afscheid van dit oude pijnlijke lichaam dat steeds meer het zicht op mijn moeder begint te ontnemen? Is het loslaten niet nodig om iets anders mogelijk te maken? Een uitvaart is geen evaluatie, het moet toewerken naar een transformatie. Ik vraag een paar mensen waar Aaltje voor stond, waar zij mee verder kunnen. We hangen het als symbool in de boom, iets wat ons helpt, als een stille fluistering op een zomeravond, een verbinding door de dood heen. Zo helpen we elkaar om haar een plek in ons innerlijk te geven. Liefde na de dood.  

Terwijl de gasten langzaam het graf verlaten, pakken we de touwen vast. Stof zijn we… Nee, liefde zijn we en tot liefde zullen we wederkeren. Terwijl de kist zakt, laten we de touwen voorzichtig uit onze handen glijden.

Rien