Goede grond
Ik kijk vanuit mijn huis naar de lange stroken gemaaid gras. De lucht erboven is wonderlijk stil. In vijftig tinten grijs schuiven de wolken langzaam over het veld. Het gebied waar ik woon kent zijn vaste rituelen. Er wordt gemaaid, geschud, gewierst en geperst. In deze tijd zie ik de lange weilanden voor mijn huis in een dag van donker- naar lichtgroen kleuren. Wie ’s morgens vertrekt en ’s avonds terugkeert, ziet weer een nieuw patroon alsof een grote reus de lappen groen heeft opgepakt en verlegd. Opeens valt de zwaarbeladen mestwagen me op. Hij staat op het veldje naast mijn huis. De chauffeur staat druk te bellen. Hij is vast komen te zitten in de zachte veengrond, de volkomen uitgeputte grond van het maisveldje. Ergens voel ik de symboliek.
Ons eigen ‘landgoedje’ ligt als een geheimzinnige oase in dit strak geregisseerde landschap. Dit voorjaar heb ik mijn maaidrift beteugeld. Ik maai slechts paden in het vrij verklaarde groen dat als een uitbundig kind reageert met verwildering. Slungelachtige snelgroeiers torenen met grote grauwgroene bladeren boven de rest uit. Het weide-vergeet-me-nietje piept er zachtblauw doorheen. Vogelmelk spreidt z’n bloemetjes breed uit nu de maaimachine weg blijft. De hondsdraf maakt er een mooi laag bedje van en de pinksterbloem staat daartussen gewoontegetrouw op zijn onthoofding te wachten. Het zoemt en geurt. Er ontstaan schuilplekjes. Binnen de kortste keren is je tuin in deze tijd een wilde seksuele orgie van beessies. De kikkers juichen het met geilschorre kreten toe vanuit de slootkanten.
Er zit wijsheid in mijn tuin. Het Wood Wide Web leek aanvankelijk een leuke woordspeling maar steeds meer wetenschappelijk onderzoek toont aan hoe intelligent de grond is. De tuin weet wat goed voor hem is. Organismen zoeken balans, lossen problemen op. Wie de film ‘onder het maaiveld’ heeft gezien kan niet anders dan diepe verwondering voelen over de grond onder onze voeten. Er zitten meer levende organismen in een theelepel grond dan er mensen op aarde zijn. Die zwangere grond onder mijn voeten bevat vitaliteit en ‘programma’s’. Het is indrukwekkend hoeveel natuur-inclusieve initiatieven er nu worden uitgewerkt die uitgaan van dit denken. Want we zitten vast, zoals die mestwagen, en naderen het innovatieve omslagpunt gelukkig met rasse schreden.
Terug naar mijn vak. Begint een ‘duurzame’ begeleidingsrelatie niet met het verwelkomen van de innerlijke biodiversiteit en complexiteit van mijn klanten? Wat ik hier leer is dat mijn programma in de context te vinden is. Ik moet afstemmen, de oplossing zoeken op de plek waar het ‘probleem’ ontstaat. Hoeveel relaties starten niet ergens anders? Leuk hoor, dat plantje uit het tuincentrum maar misschien hoort het daar niet en moet je het jaar na jaar beschermen tegen van alles en nog wat. Waar de tuin zelf in heeft voorzien, maakt veel meer kans. Doe minder! Een goede coach is present, kan waarnemen en wachten. Zij vangt de grondtonen op achter de vraag naar concrete oplossingen. Ze werkt aan goede grond en vertrouwt daarop.
Nu ik zelf binnenkort de ‘pensioengerechtigde leeftijd’ bereik, mag ik dit toepassen op mijn eigen ontwikkeling. Professioneel gezien verlaat ik het plein, het forum waar alle lijnen samenkomen, en begeef me naar een buitengebied. Al eerder deed ik dat maar nu voel ik het, de plek waar de wind onbelemmerd kan waaien en nieuwe ideeën aanvoert. Ik neem waar en wacht. Ik vertrouw op goede grond.
Rien